Slim, onsportief of vals?

Eric van Dusseldorp


Dammers zijn over het algemeen gemoedelijke mensen. Je tegenstander een plezierige partij toewensen is natuurlijk standaard, maar ook het aanbieden van een kopje koffie behoort tot de rituelen. Iemand die in tijdnood de vijftig zetten denkt te hebben gehaald en bij zijn tegenstander informeert of dat echt zo is, kan een antwoord verwachten als: "Ja hoor, je kunt weer rustig zetten." En niet "Dat gaat je geen bal aan!"

Maar als de belangen groot zijn willen sommige spelers nog wel eens afwijken van de ongeschreven dam-etiquette. Dat kan op een aantal manieren, variërend van valsspelen tot onsportief, maar volgens de spelregels toelaatbaar gedrag. Of ook: binnen de grenzen van het fatsoen hele slimme dingen bedenken om je tegenstander op het verkeerde been te zetten.

Wat onder valsspelen moet worden verstaan, is duidelijk. Dat is: doelbewust de spelregels overtreden. Maar of iets ‘slim’ of ‘onsportief’ is, daar lopen de meningen over uiteen.

Een klassiek voorbeeld uit de damgeschiedenis is een partij tussen wijlen A. Andreiko, de Russische wereldkampioen van 1968, en de Amerikaan G. Leclair. Het gebeurde tijdens het Brintatoernooi van 1967.

Zwart: A. Andreiko – Wit: G. Leclair

Na 1. 33-28, 18-22; 2. 38-33, 12-18; 3. 32-27, 19-23; 4. 28x19, 14x23; 5. 35-30, 20-25; 6. 30-24, 7-12; 7. 34-29, 23x34; 8. 40x29; 10-14; 9. 24-20, 15x24; 10. 29x20, 14-19; 11. 20-15, 19-23; 12. 45-40, 5-10; 13. 40-34, 10-14; 14. 34-30, 25x34; 15. 39x30, 1-7; 16. 43-39, 14-19; 17. 39-34, 9-14; 18. 33-29, 3-9; 19. 44-40, . . . was de stand van diagram 1 ontstaan.

 

Andreiko, die tot nog toe maar wat had aangeschoven, kwam er opeens achter dat het geplande (17-22) zou verliezen door 30-24, 29-24 en 37x10. Hij offerde daarom een schijf door 19 . . .., 23-28; 20. 29-23 etc. Vervolgens bracht hij zichzelf doelbewust in grote tijdnood.

Leclair raakte ondanks de schijfwinst en de enorme tijdvoorsprong zo nerveus van de tijdnood van zijn tegenstander, dat hij de gewonnen stand niet wist te winnen. . .

Destijds vonden sommigen dat Andreiko niet sportief had gehandeld, maar tegenwoordig is bijna iedereen het er wel over eens, dat het een knap staaltje psychologie van hem was en dat er nergens een regel, ook niet die van fatsoen, was overschreden!

Pikant detail is dat Andreiko in de WK-match van 1973 tegen Ton Sijbrands precies dezelfde truc toepaste. Andreiko was (opnieuw) op een domme manier een schijf achter gekomen in de opening en liet zich weer doelbewust in grote tijdnood brengen. Natuurlijk liet de Nederlander zich niet de kaas van het brood eten, hij won en werd wereldkampioen.

Iets minder fatsoenlijk was een truc die diezelfde Andreiko eens toepaste tegen Harm Wiersma. Onze landgenoot had in een slagenwisseling per ongeluk een zet teveel genoteerd. Andreiko zag dat en schreef op zijn eigen biljet opzettelijk een extra zet. Toen Wiersma dacht dat hij de vijftig zetten had gehaald, keek hij even op het biljet van zijn opponent. Die was ook tot het onderste randje gevuld, geen probleem dus. Wiersma liet zijn vlag vallen en werd er vervolgens op geattendeerd dat hij een zet tekort kwam. Een nederlaag dus.

Onsportief? Misschien, maar men kan zich met recht op het standpunt stellen dat iedere speler verantwoordelijk is voor zijn eigen notatie.


Op de grens tussen onsportief en vals bevindt zich het volgende historische partijfragment. Zie diagram 2

Zwart: I. Koeperman – Wit: B. Dukel

 

Uit het wereldkampioenschap van 1960. Er dreigt (19-24) dus het partijverloop is logisch: 53. 27-21, 8-12; 54. 21-16, 12-18; 55. 16x7, 1x12!!?; 56. 22x11, 12-17; 57. 11x22, 18x38 en zwart won gemakkelijk. Er was geen tijdnood meer en het is niet goed voor te stellen dat de toenmalige Rus I. Koeperman, toch goed voor zes wereldtitels, niet had gezien dat hij op de 55e zet de meerslag (18x38) moest nemen met remise als resultaat. Toch is het tot op de dag van vandaag nog niet helemaal zeker dat hij opzettelijk verkeerd sloeg. De verblufte Dukel had immers ook niets in de gaten. Damblindheid bij beide spelers, het komt vaak voor.

Meer van deze voorbeelden staan in het aardige, nieuwe boekje van internationaal grootmeester Johan Krajenbrink: ‘Smerig spel?’. Het is te bestellen door 14,56 euro (inclusief verzendkosten) over te maken op gironummer 1887946 van Johan Krajenbrink, Nijmegen, o.v.v. ‘Smerig spel?’ en uw naam en adres. Vanwege de vele psychologische voorbeelden is het werkje ook voor schakers interessant. Een hebbedingetje.

Terug naar damrubrieken