Belgisch drama in Polen

 

Eric van Dusseldorp

 

 

Acht Europese dammers hebben zich weten te plaatsen voor het Wereldkampioenschap dat dit najaar in Amsterdam zal worden gehouden. Het bijzondere is dat ze allen een verschillende nationaliteit hebben. Dat was ook de opzet van het, onlangs geëindigde, plaatsingstoernooi in de Poolse stad Gniezno. In de eindstand van het toernooi werd eerst naar het land van herkomst gekeken. Van de acht hoogst geëindigde landen kon alleen de best geklasseerde zich plaatsen.

 

In een dergelijke toernooiopzet is het dus mogelijk dat iemand die in de eindrangschikking tweede wordt zich niet kwalificeert en de nummer twintig van de ranglijst wél.

Zoiets levert natuurlijk altijd gemor op. Begrijpelijk, maar de werelddambond, die voor een groot deel door Nederlandse bestuurders wordt geleid, heeft voor deze opzet een goede reden gehad. Het NOCNSF eist immers voor het verlenen van een geldelijke toelage aan spelers, dat op een titeltoernooi als het WK een zeker aantal nationaliteiten vertegenwoordigd is. Nederlandse topdammers dreigen hun salaris(je) kwijt te raken wanneer een internationaal toernooi uitsluitend Nederlandse, Russische en Witrussische deelnemers kent. Aan de andere kant is door de deelname van spelers uit kleinere damlanden geen plaats meer voor diezelfde topdammers. . .

 

Het tweede waarover gesproken wordt, is de werking, bij dit soort plaatsingstoernooien, van het Zwitsers systeem. Dit systeem is (bijna) perfect om een winnaar aan te wijzen, maar de rest van het klassement, zeker vanaf ongeveer plaats nummer vijf, is erg vatbaar voor allerlei toevalligheden. Iemand die in de eerste ronde wint van een zwakke speler, vervolgens via remises meedeint met de golven en in de laatste ronde door een gelukkige paring weer een potje wint, kan zich pardoes plaatsen voor de finale.

 

Eigenlijk is het vreemd dat een WK-finale volgens een rondtoernooi wordt gespeeld en een ‘challenge’ via het Zwitsers systeem. Zou het eigenlijk niet andersom moeten?

 

De twee Nederlandse deelnemers, Ron Heusdens en Bas Messemaker zaten vermoedelijk meer op elkaar te letten dan op de rest van het deelnemersveld. Uiteindelijk wist Schiedammers Heusdens zijn rivaal nipt vóór te blijven.

 

Zwart: B. Messemaker – Wit: A. Getmanski

 

 

 

 

Zie diagram 1. De Nederlander staat goed na bijvoorbeeld (9-13), maar maakte een kostbare vergissing met zijn komende twee zetten. 43 . . ., 19-23?; 44. 37-31!, 9-13?; 45. 31x22, 18x27; Nu volgde een lichte combinatie: 46. 36-31, 27x36; 47. 33-28, 23x32; 48. 35-30, 25x43; 49. 49x7, 36-41; 50. 42-37, 41x32; 51. 48-42 en zwart gaf het op.

 

Zwart: I. Kirzner – Wit: B. Wollaert

 

Zie diagram 2.

 

 

 

 

België kwam met drie spelers naar Polen, maar kwalificatie zat er niet in. Dat was misschien anders geweest als Brian Wollaert de sterke Oekraïner Igor Kirzner op de knieën had gekregen.

22 . . ., 13-19; 23. 27-22, 8-13? Nu won wit simpel een schijf: 24. 30-24, 19x30; 25. 25x34 en tegen 32-28 (23x32) 37x28 (26x37) 34x23 was geen kruid gewassen.

 

Sommige, vooral Nederlandse, spelers geven het dan op. Kirzner speelde gewoon verder. Later ontstond de volgende positie.

 

 

 

Het afmaken van de partij begon goed. 39. 40-35!, 19-24; 40. 28-22??, . . . Verschrikkelijk, gewoon 37-32 wint. 40 . . ., 17x19; 41. 37-32, 24x33; 42. 35x15, 19-24!; 43. 38x20, 27x40 en wit kon het opgeven.

 

Zwart : Y. Lagoda – Wit: V. Milsjin

 

Zie diagram.

 

 

 

34. 34-30, 14-20; 35. 30-25, 9-14?; Hier was (16-21) 25x23 (21x32) 38x27 (18x40) 27x7 (40-45) geboden. 36. 44-40, 19-23; 37. 40-34, 23-28; 38. 34-30, 13-19; 39. 26-21, 17x37; 40. 38-32, 22x31; 41. 33x13, 37x28; 42. 36x27, 19x8; 43. 30x10 en 2-0.

 

Terug naar damrubrieken