Schwarzman wint op eigen terrein

 

Eric van Dusseldorp 

 

 

Wie aan Alexander Schwarzmann denkt, denkt aan offeren! En wat heeft de wereldkampioen zich vorige week heerlijk kunnen uitleven in zijn partij tegen de Litouwer Alexej Domchev.

Twee rondes voor het einde van het Internationaal Bijlmerdamtoernooi had de dammer uit Moskou nog een overwinning nodig om de toernooizege veilig te stellen. Tegen  betondammer Domchev, tot dan nog ongeslagen in het toernooi, moest alles uit de kast worden gehaald en dat gebeurde dan ook. Schwarzmann won het duel op eigen terrein.

 

Wit: A. Domchev – Zwart: A. Schwarzmann

 

Zie diagram.

 

 

 

Op het eerste gezicht staat wit best aardig. Zwart heeft een achtergebleven schijf op 15, wit heeft weliswaar een randschijf op 26, maar die is niet achtergebleven.

Toch heeft wit wat probleempjes. Bijvoorbeeld 45-40? (24-29!) en zwart dreigt doorbraak met (17-22) gevolgd door (29-33) terwijl op 40-34, 35x44 het hielslagje (14-20) volgt.

Beginnen met 48-43 is ook niet goed: alweer (24-29) 37-31 – wat anders? (16-21) en (18-22!)

 

En toch moet Domchev  bewust naar deze stand hebben toegewerkt. Want hij kan een uiterst thematische zet spelen.

 

40. 37-31,. . . Dit is thematisch omdat na (17-21, x21) 31-26 simpel een houtje wint. Domchev weet dat deze manoeuvre in dit soort standen twee bezwaren kan hebben. Soms kan zwart pardoes wel (17-21, x21) spelen omdat dan op het meestal vrijwel gedwongen 31-26 een combinatie volgt. Een tweede bezwaar kan zijn dat zwart zich aan de andere kant van het bord volledig loswerkt. Wit blijft dan met een hangende schijf op 31 zitten met heel vaak verlies tot gevolg.

 

Maar er is nog een derde, tot nog toe vrij onbekend, bezwaar. Een offermogelijkheid!

 

40. . ., 24-29; 41. 48-42 (gedwongen), 14-20!!; 42. 25x14, 19x10; 43. 28x19, 13x24; 44. 30x19, 10-14; 45. 19x10, 15x4; Er dreigt nu heel erg (18-23) gevolgd door (23-28, 17-21). Wit moet snel het tegenoffer 26-21 etc. in gereedheid brengen. 46. 42-37, 29-34; 47. 38-33, 18-23; 48. 26-21, 17x26; 49. 33-29, 12-17!; 50. 29x40 (op 29x18 speelt zwart gewoon 34-39), 17-21; 51. 27-22, 21-27; 52. 32x21, 26x28; De kruitdampen zijn opgetrokken en er staat een 5-om-5 op het bord, die gewonnen is voor zwart. De winst moet evenwel nauwkeurig worden berekend. 53. 31-27, 8-12; 54. 40-34, 12-17; 55. 27-22, 28-33; 56. 22x11, 16x7; 57. 37-32, 7-12; 58. 35-30, 23-28; 59. 32x23, 33-38; 60. 30-24, 38-42; 61. 34-29, 42-47; 62. 45-40, 47-38; 63. 23-19, 12-18; 64. 40-34, 38-32; 65. 29-23, 18x40; 66. 19-13, 32-19; en wit gaf het op.

 

Keren we terug naar de diagramstand. Na 37-31 (24-29) 48-42 offerde Schwarzmann (14-20) etc. en dat was goed genoeg. Maar I.p.v. (14-20) was er ook een andere, minstens even fraaie offermogelijkheid: (19-24!!) 30x10 (15x4) 28x19 (13x24) en nu bijvoorbeeld 42-37 (29-34) 26-21 (17x26) 32-28 (8-13) 37-32 (26x37) 32x41 en de overblijvende stand is verloren voor wit.

Het is wonderlijk dat Domchev in de diagramstand, die voor hem zo normaal oogt, al op twee manieren verloren staat. De ‘beslissende fout’ moet dus al in een eerder stadium zijn gemaakt.

 

Wit: R. Schalley – Zwart: S. Moetoer

 

Een aardig fragment uit de meestergroep, eerste ronde.

 

 

 

 

Zie diagram. Zwart speelde 38. . ., 23-29; en werd verrast door 39. 38-33!, 29x49; 40. 28-23, 19x37; 41. 31x42, 49x21; 42. 26x10 en de dammer uit Suriname had zijn eerste nederlaag geleden. Er zouden er nog vele volgen.

 

De oplossing van de opgave van 13 oktober (wit: 23, 26, 28, 29, 31, 32, 33, 38, 39, 41, 42, 43, 48, 50 / zwart: 8, 9, 11, 12, 17, 18, 20, 21, 22, 30, 35, 40, 45) van Rens de Jong luidt: 44, 327, 27, 361, 6, 42, 1, 40, 3, zwart heeft dan de keuze 50 of 45+. Een aardig probleem en een tweegever wordt tegenwoordig wat minder erg gevonden.

 

De nieuwe opgave is een ‘oldie’ van I. Kobtsew uit de Oekraine.

Zie diagram. Wit begint en wint.

 

 

 

Terug naar damrubrieken