Superieure score van uitgekookte Baljakin

Eric van Dusseldorp 

De overmacht waarmee Alexander Baljakin zijn Nederlandse titel prolongeerde, was ongekend. Liefst vier punten of meer bleef de in Archangelsk geboren nieuwe Nederlander voor op zijn concurrenten, onder wie het grote vaderlandse talent Roel Boomstra.
In het onderlinge duel had de jonge Drent geen schijn van kans, zo viel er in diverse berichten te lezen. Dat klopt misschien ook wel, maar de regelrechte walk-over die het uiteindelijk werd, was het gevolg van ιιn enkel verkeerd plan in het middenspel. En dat was in een stand waarin Boomstra niets te vrezen had en met eenvoudige zetten serieus nadeel kon vermijden.

Wit: Roel Boomstra – Zwart: Alexander Baljakin

1.32-28, 17-22; 2. 28x17, 12x21; 3. 34-29, 7-12; 4. 40-34, 1-7; 5. 45-40, 21-26; 6. 50-45, 19-24(!);

Deze zet, die verder niet bijzonder goed of slecht is, wordt slechts zelden gespeeld. Na zes zetten staat er nu een stand op het bord die volgens Turbo Dambase nog maar tien keer (van de bijna 400.000) voorgekomen. Natuurlijk is het slim van Baljakin om zijn piepjonge opponent naar relatief onbekende posities te loodsen.

7. 38-32, 14-19; 8. 32-28,… En deze (eenvoudige) positie is nog nooit eerder precies zo voorgekomen. De witspeler moet het vanaf nu helemaal zelf doen.

8…, 20-25; 9. 29x20, 25x14; 10. 37-32, 26x37; 11. 42x31, 15-20; 12. 43-38, 19-23; 13. 28x19, 14x23; 14. 49-43, 10-14; 15. 41-37, 5-10; 16. 46-41, 13-19; 17. 47-42, 8-13; 18. 32-28,…

Boomstra kreeg van enkele internettoeschouwers het verwijt dat hij zijn grote opponent te krampachtig tegemoet trad. In deze stand werd het iets agressievere 34-29, x29 aanbevolen. Toch is er met de tekstzet nog helemaal niets mis.
18…, 23x32; 19. 37x28, 20-24; 20. 42-37, 16-21; 21. 31-26,…

Een belangrijk alternatief is 37-32 (21-26) 41-37 et cetera.  

21..., 2-8; 22. 26x17, 11x22; 23. 28x17, 12x21; 24. 36-31,… Wit heeft kleine opbouwprobleempjes: 33-28 (21-26) en nu zijn zowel 37-32 als 39-33 simpel verhinderd.

24 ..., 21-26; 25. 31-27, 7-11; 26. 34-29, 10-15; 27. 29x20, 15x24; 28. 40-34, 11-17; 29. 37-32, 6-11; 30. 41-37,… Wit heeft de verdediging redelijk voor elkaar. Op (17-22) volgt 48-42, 32-27 en 33-29.
24…,18-22; 31. 27x18, 13x22; Een bekende shuffle in dit soort standen.

32. 48-42, 8-12;

Zie diagram.  

 

Het belangrijkste moment van de partij en het toernooi. Wit moet realistisch zijn en ‘hakken’ met 33-28. Er blijft dan een 9-om-9 over waarbij zwart twee randschijven heeft en wit nog alle controles. Verlieskansen nihil. Boomstra kiest daarentegen voor een afschuwelijk plan, dat pijlsnel resulteert in een kansloze positie.

33. 34-30?, 11-16; 34. 33-29??, 24x33; 35. 39x28, 22x33; 36. 38x29, 12-18; 37. 30-24,…Niet geweldig, maar er zijn nu al geen bevredigende alternatieven meer.

37...,19x30; 38. 35x24, 17-21; Het zwarte spel laat zich nu automatisch spelen.

39. 43-38, 18-22; 40. 38-33, 14-19; 41. 24x13, 9x18; 42. 45-40, 21-27; 43. 32x21, 16x27;

De aanval dendert door en de verdediging met de twee basisschijven is op orde.

Na 44. 40-34, 27-31; 45. 42-38, 31x42; 46. 38x47, 26-31; 47. 34-30, 31-37; 48. 30-24, 22-27; gaf Boomstra het op. In dit soort eindspelen kan zwart eigenlijk geen fouten meer maken en Baljakin al helemaal niet.

En zo liet de latere kampioen zien hoe je op een uitgekookte manier een sterke, maar door zijn leeftijd nog wat onervaren speler, in de problemen kunt krijgen.

Wit: Kees Thijssen – Zwart: Cor van Dusseldorp

 


Zie diagram. Na het gespeelde (13-18?) volgde 47-41! en hekkensluiter Van Dusseldorp liet zich de rest: (36x47) 27-22! (47x44/50) 22x4 en damvangst niet meer bewijzen.

De oplossing van het probleem uit de rubriek van vorige week (Pieter Kuiper, wit: wit: 16, 27, 28, 30, 32, 34, 37, 38, 40, 42, 43 / zwart: 6, 7, 8, 9, 12, 14, 18, 19, 21, 24, 26): Wit wint door 28-23 (24x44) 37-31 (19x30) 16-11 (21x43) 11x4 (26x37) 4x5.
Ook de nieuwe opgave is van Pieter Kuiper uit Hoorn. Zie diagram. Wit begint en wint. 

 
 

Terug naar damrubrieken